Schildkliercarcinoom is tegenwoordig in bijna alle gevallen goed te behandelen. Dat maakt het extra belangrijk om te kijken naar de eventuele schadelijke (langetermijn)gevolgen van de behandeling. Zoals aantasting van de vruchtbaarheid, (tijdelijke) schade aan de speekselklieren en een verhoogde kans op cardiovasculaire mortaliteit. .
Schildkliercarcinoom is in de meeste gevallen goed te behandelen; de vijfjaarsoverleving bedraagt – afhankelijk van de uitgangspositie – 85 tot 98 procent. De behandeling bestaat bij de meeste patiënten uit een totale thyreoïdectomie gevolgd door een behandeling met radioactief jodium. Dit laatste heeft als doel de na de operatie eventueel achtergebleven tumorresten en mogelijk ook micrometastasen te vernietigen. Om aansluitend aan deze restablatie